2025.09.16
Industrnieuws
Het recht selecteren Dompelpomp is geen gemakkelijke taak, die een grondige analyse van meerdere technische parameters en de applicatieomgeving vereist. Een onjuiste selectie leidt niet alleen tot inefficiënt pomp- en verhoogd energieverbruik, maar kan ook falen van apparatuur veroorzaken, de levensduur van de services verkorten en zelfs systeemfalen. Daarom is het bij het selecteren van een onderlinge pomp voor een specifieke applicatie cruciaal om de volgende belangrijke factoren grondig te overwegen.
1. Stroomsnelheid en kop
Dit zijn de twee meest fundamentele en cruciale parameters in het selectieproces.
Debiet: dit verwijst naar het volume vloeistof gepompt per tijdseenheid, meestal gemeten in kubieke meter per uur (m³/h), liters per minuut (l/min) of gallons per minuut (gpm). Selectie moet gebaseerd zijn op werkelijke behoeften, zoals dagelijkse watervoorziening, irrigatiegebied of drainagesnelheid. Overmatige stroomsnelheid resulteert in verspilling, terwijl te weinig stroomsnelheid mogelijk niet aan de vraag voldoet.
Hoofd: dit verwijst naar de hoogte. Een pomp kan vloeistof optillen, meestal gemeten in meters (M) of voeten (FT). Het omvat verticale kop (de hoogte van het vloeibare oppervlak naar de uitlaat), wrijvingsverlies (drukverlies als gevolg van leidingen, kleppen, ellebogen, enz.) En de vereiste einddruk. Al deze factoren moeten worden gecombineerd bij het berekenen van de totale dynamische kop (TDH). Onvoldoende kop voorkomt dat de vloeistof zijn beoogde bestemming bereikt; Overmatige kop kan leiden tot motorische overbelasting of verminderde pompefficiëntie.
2. Vloeibare kenmerken
De eigenschappen van de vloeistoffen die worden behandeld door dompelpompen stellen strikte eisen aan de materialen, constructie en afdichtingsmethoden van de pomp.
Corrosiviteit: als de vloeistof zuur, alkalisch of anderszins corrosief is, moeten de waaier, het behuizing en de afdichtingen van de pomp worden geconstrueerd uit corrosiebestendige materialen, zoals roestvrij staal (SS304, SS316) of gespecialiseerde legeringen.
Het vaste deeltjesgehalte: bij het pompen van vloeistoffen die vaste deeltjes bevatten (zoals slib, vezels en afval), moet een speciale rioleringspomp, slibpomp of slijppomp worden geselecteerd. Deze pompen zijn meestal uitgerust met open of vortex -waaiers om verstopping te voorkomen. De grootte en hardheid van de vaste deeltjes bepalen ook de slijtvastheidsvereisten voor de waaier en pompbehuizing.
Temperatuur en viscositeit: hoge temperaturen kunnen de motorisolatie en pompafdichtingen beïnvloeden. Vloeistoffen met hoge viscositeit verhogen de belasting op de pomp, waardoor een pomp met een hoger vermogen en een meer geschikte waaierontwerp nodig is.
3. Installatie- en bedieningsomgeving
De installatieomgeving van de pomp heeft rechtstreeks invloed op zijn prestaties en levensduur.
Well -diameter en diepte: voor diepe puttoepassingen moet de pomplichaamdiameter kleiner zijn dan de binnendiameter van de putboorput. De juiste pomp moet worden geselecteerd op basis van de dynamiek van de putdiepte en waterspiegel. De pomplichaam moet volledig worden ondergedompeld in water om de koeling en de juiste werking te garanderen.
Voedingsvoorwaarden: bevestig de voedingsspanning (enkele fase of driefasige), frequentie en stroom. Het motorvermogen van de onderlinge pomp moet overeenkomen met de voeding; Als u dit niet doet, kan dit leiden tot motorverbranding of het niet starten.
Continue of intermitterende werking: sommige dompelpompen zijn ontworpen voor continue werking, terwijl andere meer geschikt zijn voor intermitterende werking. Onjuiste selectie kan leiden tot oververhitting van de motor of frequente starts en stops, waardoor de levensduur van de pomp wordt verkort.
4. Pompstructuur en materialen
De interne structuur en productiematerialen van de pomp zijn de sleutel tot de betrouwbaarheid en duurzaamheid. Type waaier: gemeenschappelijke waaiers zijn onder meer gesloten dossier (hoog rendement, geschikt voor helder water), semi-open waaiers (geschikt voor vloeistoffen met lage niveaus van onzuiverheden) en vortex-woesten (geschikt voor vloeistoffen met hoge niveaus van vaste deeltjes).
Motorype: onderdompelbare pompen gebruiken meestal met olie gevulde of met water gevulde motoren. Olie gevulde motoren bieden betere smering en koeling, terwijl met water gevulde motoren milieuvriendelijker zijn. De isolatiekwaliteit en IP -beoordeling van de motor (beschermingskwaliteit) moeten ook worden geselecteerd op basis van de omgeving.
Mechanische afdichting: de mechanische afdichting is een belangrijk onderdeel dat voorkomt dat vloeistof de motor binnengaat. MECHANISCHE SEAL-materialen van hoge kwaliteit (zoals siliciumcarbide) weerstaan effectief weerstand bij slijtage en corrosie, waardoor de levensduur van de pomp wordt verlengd.
5. Controlesysteem en beveiligingsfuncties
Een uitgebreid besturingssysteem zorgt voor de veilige en stabiele werking van een dompelpomp.
Sturing van vloeistofniveau: een vlotterschakelaar of vloeistofniveau -sensor is een veelgebruikt regelkleedapparaat voor vloeistofniveau, waardoor automatische start en stop mogelijk wordt, waardoor de pomp niet stationair is wanneer droog.
Motorenbescherming: kenmerken zoals overbelastingsbeschermer, faseverliesbescherming, onderspanningsbescherming en oververhittingbescherming voorkomen effectief motorschade door abnormale omstandigheden. Variabele frequentieaandrijving (VFD): VFD's zijn ideaal voor toepassingen waarbij flow en kop moeten worden aangepast op basis van de vraag. Ze besparen niet alleen aanzienlijk energie, maar verminderen ook mechanische stress op de pomp, waardoor de levensduur van de apparatuur wordt verlengd.
+86-0523- 84351 090 /+86-180 0142 8659